Veel mensen zorgen er in het najaar voor dat hun boot winterklaar is. Met het winterklaar maken bescherm je je boot tegen schade door winterse weersomstandigheden, zoals vorst. Zo ga je in het voorjaar weer met een goed gevoel het water op. 

Het winterklaar maken gaat als volgt: 

• Allereerst conserveren we de scheepsmotor: dat houdt in dat we hem vullen met anti-vries, zodat de motor niet bevriest. Vervolgens checken we de vorstbeveiliging in het koelsysteem van de motor. 
• Als je zelf de watertank hebt leeggepompt, kunnen onze monteurs de drinkwaterleidingen doorblazen en de aansluitingen loskoppelen. Bij sommige boten is dat niet mogelijk. In dat geval spoelen we de leidingen door met speciale gifvrije antivries, om schade in de tank door bevriezing te voorkomen. Ook de mengkranen worden losgekoppeld, omdat deze gevoelig zijn voor bevriezing. Vervolgens vullen we de pompen en toiletten met antivries (gemengd met water). 
• Blijft de boot tijdens de winterperiode in het water, dan zorgen we ervoor dat ook het buitencircuit wordt beschermd door antivries. We sluiten de afsluiter af en vullen deze met antivries. Een kapotte afsluiter kan er namelijk voor een lekke boot – en dus natte voeten – zorgen. Als je boot op de wal wordt gestald, openen we de afsluiter zodat het water weg kan stromen. 
• De scheepsaccu wordt gevuld met gedestilleerd water of gestald in onze accuberging.